default

Alles over

Gezelschapsdieren

Nieuwsbrief november

“Het zoete leven van Minous de kat”

"Hoi! Ik ben Minous. Acht jaar jong, grijs met een wit befje, en -zoals mijn baasje zegt- 'een beetje mollig door het goede leven.' Nouja, ik noem het zelf liever rond van geluk. De laatste tijd voelde ik me alleen een beetje raar. Ik had altijd dorst, dus zat ik de hele tijd bij mijn waterbak. Soms zelfs bij de kraan. Ik miauwde zo zielig dat mijn baasje dacht dat ik een fontein wilde. En dat was ook zo!

Daarbij kwam dat ik veel moest plassen. Zelfs op plekken waar het niet hoort (oeps!). Mijn baasje was daar minder blij mee, maar ik kon er echt niks aan doen. Het vreemdste van alles, ik at enorm veel. Brokjes, natvoer, zelfs de boterham van mijn baasje als ze niet oplette. Alles ging erin, maar toch werd ik dunner. De dag bij de dierenarts was intens. Ze prikten me! Auw! Daarna hoorde ik het woord “diabetes”. Klonk als een nieuwe snack, maar helaas.. geen traktatie.

Sindsdien krijg ik dagelijks een drankje in mijn bek. (Gelukkig! Want ik hoorde de dierenarts ook nog iets zeggen over insuline injecties). Ik moet wel toegeven dat het helpt, ik voel me veel beter. Mijn dorst is minder, ik speel weer met mijn pluismuis en lig weer uren te dromen over eten.

En weet je wat? Ik heb nu zelfs een speciaal dieetvoer dat echt heerlijk ruikt en smaakt. Dus ja, ik ben een kat met suikerziekte. Maar ik noem het zelf liever: een kat met een extra portie zoetigheid."


Wereld Diabetes Dag

14 november is het Wereld Diabetes Dag. Hier spelen we op in door in deze nieuwsbrief wat meer informatie te geven over suikerziekte (diabetes) bij onze huisdieren. Katten én honden kunnen suikerziekte krijgen, al is het type suikerziekte vaak net iets anders bij de kat dan bij de hond. De klachten lijken bij beide dieren wel veel op elkaar. De meest voorkomende zijn:

  • Veel drinken
  • Veel plassen
  • Grote eetlust / hongerig
  • Afvallen

Bij mensen kennen we diabetes type 1 en 2. Wanneer we dit vergelijken met onze huisdieren, krijgen honden meestal diabetes type 1 en katten diabetes type 2. Het verschil is dat er bij type 1 onvoldoende of geen insuline (een hormoon) wordt aangemaakt. Bij type 2 wordt er wel insuline aangemaakt, maar reageren de lichaamscellen er niet goed genoeg op. Dit noemen we ook wel insulineresistentie.


Onderzoek Diabetes

Hoe komen we erachter dat een dier last heeft van diabetes? Via urineonderzoek kunnen we al een vermoeden krijgen dat er sprake is van suikerziekte, doordat we suiker vinden in de urine. Dit hoort normaal niet in de urine voor te komen. Met een algemeen bloedonderzoek kunnen we het glucosegehalte (suiker) in het bloed meten. Wanneer dit verhoogd is, kan er sprake zijn van suikerziekte.

Om echt zeker te weten of het suikerziekte is, moeten we vaak nog één extra bloedtest doen. Deze fructosaminetest meet de gemiddelde bloedsuikerspiegel over de afgelopen twee à drie weken. Wanneer deze ook verhoogd is, weten we zeker dat er sprake is van suikerziekte. Tijd voor een plan van aanpak!


Behandeling

Voor honden bestaat de behandeling van diabetes uit insuline-injecties. Deze moeten één, maar meestal twee keer per dag worden gegeven. Daarbij is het belangrijk dat er een vast eetpatroon wordt gevolgd. De hond moet regelmatig op controle komen om zijn bloedsuiker te meten (dit kan op een gegeven moment ook thuis worden gedaan door de eigenaar zelf).

Voor katten is er sinds een jaar, naast de behandeling met insuline-injecties, een oraal middel op de markt. Dit is een medicijn dat één keer per dag in de bek moet worden toegediend (of over het voer). Voor de katten (en de eigenaar) werkt dit vaak prettig, omdat ze zo niet twee keer per dag geïnjecteerd hoeven te worden. Ook bij de kat is het belangrijk dat de bloedsuiker regelmatig wordt gecontroleerd.

Suikerziekte is behoorlijk ingrijpend voor dier en baas. In onze praktijk werkt een diabetesconsulente: een assistente die zich extra heeft bijgeschoold in suikerziekte bij honden en katten. Van begin tot eind zal zij u begeleiden bij het traject, en u kunt voor vragen of controles altijd bij haar terecht. Wanneer een hond of kat goed is ingesteld (dus de suikerziekte goed onder controle is), kunnen ze vaak nog vele jaren een gelukkig leven leiden.